Chris Huizinga, Beau Snellink en Marcel Bosker hebben Nederland een bronzen WK-medaille bezorgd op de ploegenachtervolging. Bij de WK afstanden in het Noorse Hamar werd de Nederlandse ploeg in een tijd van 3.41,91 derde.
Het goud was voor de Verenigde Staten. Casey Dawson, Emery Lehman en Ethan Cepuran waren, ondanks een flinke wankeling in de laatste bocht, verreweg de snelste. Met 3.39,24 verbeterden ze ook nog het baanrecord. Italië pakte in 3.41,17 de zilveren medaille.
“Zilver had er wel in gezeten”, aldus Huizinga. “Maar nummer één was te ver weg. Amerika laat keer op keer zien dat ze goed als team werken. Dat doen ze ontzettend goed.”
Nieuwe samenstelling
Bondscoach Rintje Ritsma stuurde in Noorwegen wederom een nieuw trio het ijs op voor de ploegenachtervolging. Huizinga en Snellink zijn de vaste waarden van de ploeg. Normaal gesproken worden zij bijgestaan door Patrick Roest, maar hij was dit seizoen niet fit genoeg.
Dus ontstond er een zoektocht naar de ideale samenstelling. Via Joep Wennemars, Bart Hoolwerf en Jorrit Bergsma kwam Ritsma voor de WK toch weer uit bij Bosker.
De 28-jarige Bosker reed deze winter geen enkele wedstrijd mee op dat onderdeel en uitte zijn ongenoegen over hoe hij gepasseerd werd. Toch vond Ritsma na een laatste test in Thialf Bosker de beste keuze. “We hebben met deze formatie de meeste kans op een medaille”, was zijn conclusie.
Ook Bosker zelf dacht voorafgaand dat Nederland kans maakte op een medaille. “Maar dat zou eigenlijk niet moeten kunnen”, zei hij eerlijk. Huizinga, Snellink en Bosker hadden voor de race namelijk slechts een halve keer samen getraind, vertelde Bosker.
Toch had hij het bij het rechte eind. Samen met Huizinga en Snellink pakte hij brons.