Real Madrid is door een 3-2 overwinning op Leganés in punten naast koploper FC Barcelona gekomen in La Liga. Bij rust stond de Koninklijke nog op achterstand, maar Jude Bellingham en Kylian Mbappé bezorgden Real de zege.
Afgelopen donderdag won Barcelona het inhaalduel met Osasuna met 3-0. Zondag neemt de koploper het in een Catalaanse derby op tegen Girona.
Real drong zaterdagavond flink aan, maar Leganés kreeg de eerste kans. Yvan Neyou schoot over. Nadat pogingen van Bellingham en Luka Modric waren afgeketst, kreeg Real een strafschop vanwege een licht vergrijp van Óscar Rodríguez op Arda Güler.
Mbappé benutte de strafschop met een panenka. Leganés deed een minuut later al wat terug via Diego Garciá, nadat Real-verdediger Lucas Vázquez het buitenspel had opgeheven.
Nog voor rust rondde Daniel Raba een vlotlopende counter van de bezoekers af: 1-2. Daarna stelde het gedreven Real orde op zaken. Bellingham werkte vlak na de rust een rebound binnen, Brahim Diaz trof de paal en Mbappé werd met een hard en zuiver genomen vrije trap een kwartier voor tijd de matchwinner.
Atlético verspeelt punten bij Espanyol
Eerder op zaterdag liet Atlético Madrid dure punten liggen in de Spaanse titelstrijd. Op bezoek bij Espanyol kwam de ploeg van coach Diego Simeone niet verder dan een 1-1 gelijkspel.
Het duurde lang voor Atlético het grote veldoverwicht verzilverde, maar de 0-1 kort voor rust was prachtig. César Azpilicueta nam de bal vanaf een meter of twintig ineens op de slof en de back zag zijn pegel in de linkerbovenhoek verdwijnen.
Atlético ging na rust vol overtuiging op zoek naar een tweede doelpunt. Maar een overtreding van Clément Lenglet, halverwege de tweede helft, leverde de thuisclub een penalty op die Javi Puado koel benutte. Atlético dwong daarna weinig meer af, al schoot Julián Álvarez nog wel in het zijnet.