De 99-jarige veroordeelde nazisecretaresse Irmgard Furchner blijkt begin dit jaar te zijn overleden. Het Duitse Openbaar Ministerie heeft dat bevestigd, na berichtgeving van de regionale krant SHZ.
Voor zover bekend woonde Furchner sinds 2017 in een verzorgingshuis in het Duitse Quickborn, ten noorden van Hamburg. Ze overleed op 14 januari.
Eind 2022 werd de hoogbejaarde vrouw schuldig bevonden aan medeplichtigheid aan de moord op ruim 10.500 kampgevangenen. Ze was tussen 1943 en 1945 de secretaresse van de commandant van het concentratiekamp Stutthof in het huidige Noord-Polen. In dat kamp zijn naar schatting 65.000 mensen door de nazi’s vermoord in gaskamers of omgekomen door honger en ziekte.
De typiste was volgens de rechter op de hoogte van de gruweldaden in het kamp. Furchner werd berecht onder het jeugdstrafrecht omdat ze ten tijde van de moorden rond de 18 jaar was. Ze kreeg een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee jaar opgelegd.
Spijt
Op de laatste zittingsdag sprak de oud-secretaresse voor de eerste keer tijdens de strafzaak: “Het spijt me wat er allemaal is gebeurd. Ik betreur uitgerekend toen in Stutthof te zijn geweest. Meer kan ik er niet over zeggen.”
Vorig jaar werd Furchner in hoger beroep opnieuw schuldig bevonden aan medeplichtigheid aan massamoord. Daarmee bleef de straf staan. De strafzaak kreeg veel aandacht, mede omdat het mogelijk het laatste nazi-proces was: de kans wordt steeds kleiner dat er nog daders in leven zijn.