De versterking van huizen in het gaswinningsgebied in Groningen duurt nog tot minstens 2034, jaren later dan oorspronkelijk gepland. Dat is de inschatting van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) in een nieuw rapport.

De Nationaal Coördinator Groningen (NCG), die namens de overheid verantwoordelijk is voor de versterking, waarschuwde in februari al dat het eerder 2031 of 2032 zou worden, maar ook dat blijkt te optimistisch.

De afgelopen vijf jaar heeft de NCG pakweg 5687 huizen versterkt tegen aardbevingen, maar er moeten nog minstens 10.000 woningen ge- of verbouwd worden voor inwoners van het gaswinningsgebied. Het SodM zegt dat er afgelopen jaar 1223 woningen zijn opgeleverd, minder dan de geplande 1400.

Die vertraging is slecht voor de inwoners van het gebied, die volgens het SodM al veel geleden hebben door de aardbevingen als gevolg van de gaswinning. “Ik maak me zorgen om de gezondheid en het welzijn van de mensen in Groningen”, zegt inspecteur Theodor Kockelkoren in de toelichting van het rapport. “Het lange wachten sloopt mensen. Het is nu niet de tijd om achterover te leunen omdat de gaswinning gestopt is.”

Personeelstekort

NCG-directeur Marieke Ferwerda zei in februari dat haar organisatie kampt met een gebrek aan personeel, zoals projectleiders en bewonersbegeleiders. Ze zei weinig te zien in meer haast maken: “In de praktijk blijkt dat er meer nodig is dan alleen technische ingrepen. Een zorgvuldig en prettig proces voor bewoners is minstens zo belangrijk. Snelheid en kwaliteit gaan gewoon niet altijd hand in hand.”

Toch is dat wat toezichthouder SodM nu wel aanraadt: “In het belang van de fysieke en mentale gezondheid van de mensen in Groningen moet de versterkingsopgave snel worden afgerond”, schrijft de organisatie. “Als maatregelen niet mogelijk zijn, stel de doelen bij.” Hoe het NCG het gebrek aan personeel precies moet oplossen, schrijft de organisatie niet.

Overigens is er ook goed nieuws, meldt SodM: de kans op aardbevingen in het Groninger gasveld is ook afgelopen jaar afgenomen. Afgelopen jaar was de kans op een aardbeving met een kracht van 4 of meer zo’n 1 procent, in 2018 lag die kans nog op 5,5 procent. De kans is er echter nog wel, omdat het gasveld zich nog steeds aan het aanpassen is op de gevolgen van decennia aan gaswinning in het gebied. Doordat bevingen in het gebied vaak ondiep plaatsvinden en in kleigrond, is zo’n kracht genoeg om kwetsbare gebouwen te doen instorten.

Door Haluk