De Tweede Kamer wil voorlopig een rem op het voornemen van het Openbaar Ministerie om nog vaker zonder tussenkomst van een rechter zelf straffen uit te delen. Het OM doet dat sinds februari al meer, bijvoorbeeld na diefstallen, en wil de mogelijkheden uitbreiden. Maar in een debat met minister Van Weel bleek dat de Kamer een pas op de plaats wil.
Het OM heeft sinds 2008 de bevoegdheid om de rechter bij bepaalde zaken buitenspel te zetten. Dat geldt alleen voor zaken waar maximaal zes jaar gevangenisstraf voor opgelegd kan worden. Sinds februari gebruikt het OM de bevoegdheid ook voor vermogensdelicten.
De capaciteit van de rechtspraak staat al een tijd onder druk. Door zelf meer zaken af te handelen komen volgens het OM alleen de strafzaken bij de strafrechter waarbij dat “gelet op de ernst van het strafbare feit, noodzakelijk is”. Bij de uitbreiding van februari gaat het om veelvoorkomende vermogensdelicten zoals heling en winkeldiefstallen. Een meerderheid in de Kamer kan daarmee leven.
Als het aan het OM ligt, gaat de organisatie ook zaken rond bedreigingen en lichte mishandelingen afhandelen. Dat gaat een Kamermeerderheid wat te snel. Die wil eerst wachten op onderzoeken naar het uitbreiden van schikkingen zonder rechter. Die worden nu gedaan door onder meer de Hoge Raad en het WODC, een onderzoekscentrum van het ministerie van Justitie.
Volgens minister Van Weel is het logisch dat het OM vaker zelf zaken schikt. Dan kunnen rechters zich over de zwaardere zaken buigen, is de gedachte.
Rinus Otte, voorzitter van het college van procureurs-generaal van het OM, zei eerder tegen de NOS dat het bij ongeveer 80 procent van de strafdossiers niet om “zeer ernstige feiten” gaat maar om zaken waarin de rechter gevangenisstraffen aan verdachten oplegt van hooguit een paar maanden. Nood breekt wet, is de redenering van het OM, omdat “niets doen óók raakt aan het gezag van de rechtsstaat” en er anders “een wachtlijst van jewelste ontstaat”.
‘Minder ongestraften’
De PVV is het daar niet mee eens. De partij is helemaal niet te spreken over de ideeën en wil de bevoegdheid van het OM juist inperken. PVV-Kamerlid Van Dijk ziet een “negatieve spiraal naar steeds minder vervolgen en steeds minder hard straffen”. Het OM mag namelijk geen celstraffen opleggen.
Andere partijen, waaronder de VVD, denken dat de beschikkingen een goede oplossing zijn om minder mensen ongestraft rond te laten lopen. Maar partijen willen dus dat het niet te snel gaat.
NSC kwam met een voorstel om de maximumstrafmaat waaronder geschikt mag worden te verlagen, van zes naar vier jaar. Vooralsnog lijkt dat voorstel geen meerderheid te krijgen.
Van Weel ziet dat ook niet zitten. Hij zegt dat in 2023 zo’n 5500 zaken waren blijven liggen als die regel had gegolden. Die zaken zijn toen geschikt door het Openbaar Ministerie.
De VVD steunt Van Weel en is het eens dat beschikkingen juist voorkomen dat zwaardere zaken op de plank blijven liggen. “De kwestie is niet cel in plaats van een strafbeschikking. De kwestie is strafbeschikking of straffeloosheid”, aldus VVD-Kamerlid Michon.