Als het aan het kabinet ligt, krijgen verhuurders toch weer mogelijkheden om hogere huren te vragen. Minister Keijzer van Volkshuisvesting wil op die manier voorkomen dat nog meer particuliere verhuurders hun woningen van de hand doen, omdat ze het niet meer rendabel vinden.

Het door het vorige kabinet ingevoerde puntensysteem voor de middenhuur, op basis waarvan de hoogte van de huur bepaald wordt, krijgt een aanpassing. Zo gaat de WOZ-waarde van een woning zwaarder meetellen en mogen voor kleine monumenten hogere huurprijzen worden gevraagd.

Ook komen er meer tijdelijke huurcontracten voor studenten, zodat verhuurders eerder de huur kunnen verhogen. “Met deze maatregelen wil ik middenhuur aantrekkelijker maken voor verhuurders, zodat ze hun woningen niet verkopen”, zegt Keijzer. De versoepelingen moeten op 1 januari volgend jaar in gaan.

30.000 woningen verkocht

Sinds vorig jaar de Wet betaalbare huur inging en er een verbod kwam op tijdelijke huurcontracten, zijn er meer dan 30.000 huurwoningen verkocht, blijkt uit cijfers van het Kadaster. Er kwamen ook wel weer woningen bij, maar netto is het aanbod in de particuliere markt afgenomen met 413 woningen, schrijft de minister aan de Tweede Kamer.

Daarmee neemt de druk op de woningmarkt steeds verder toe, terwijl het kabinet het juist eenvoudiger wil maken om een huis te vinden.

Vooral in de steden is volgens haar het probleem groot. Omdat de WOZ-waarde van huizen daar over het algemeen hoger is, gaat die zwaarder meetellen in het puntensysteem. Dat kan per woning zo’n honderd euro per maand meer huur opleveren.

“Daarmee sluit de huur beter aan bij de waarde van het pand”, zegt de BBB-bewindsvrouw. De nieuwe huurprijs gaat pas in bij nieuwe huurcontracten.

Geen aftrek meer bij ontbreken balkon

Als een woning geen balkon of tuin heeft, betekent dat tot nu toe minpunten en dus een lagere huur. Maar die aftrek verdwijnt in de plannen van Keijzer. In steden is het vaak niet mogelijk om een tuin of balkon te realiseren, is haar redenering. Daardoor zijn verhuurders in steden te veel in het nadeel.

De versoepeling van de regels betekent aan de ene kant meer winst voor particuliere verhuurders, en aan de andere kant dus hogere lasten voor huurders. De Woonbond, die de belangen van huurders behartigt, vindt dat Keijzer haar doel lijkt te willen behalen “over de ruggen van huurders”.

“Als het doel is om het verhuren van woningen aantrekkelijker te maken, dan moet de minister iets doen aan de belasting die verhuurders aan haar moeten afdragen. Dit is veel effectiever en gaat niet ten koste van de woonlasten van huurders”, zegt een woordvoerder van de Woonbond.

Verhuurders: liever lagere belasting

Die belastingen zijn ook veel verhuurders een grotere doorn in het oog dan de huurbeperkingen. Voor komend jaar ligt er zelfs nog een belastingverhoging in box 3 in het verschiet voor hen. Zij betalen liever minder belasting dan dat ze de huren verhogen.

Verhuurdersorganisatie Vastgoed Belang waardeert de inspanningen van minister Keijzer, “maar de maatregelen zijn onvoldoende”. “Het blijft ons verbazen dat er zo weinig politieke wil is om de wooncrisis echt aan te pakken. Als de overheid wil dat er voldoende betaalbare huurwoningen blijven, dan moet de belastingdruk echt omlaag. Dit helpt verhuurders én huurders”.

Keijzer erkent dat de hoge belastingen ook een grote rol spelen bij de overwegingen van verhuurders om hun panden ‘uit te ponden’ en te stoppen met verhuren. Maar de discussie over een nieuwe invulling van box 3 is nog niet afgerond in het kabinet en de coalitie. “Dit kan ik wel snel doen. Concrete maatregelen om verlichting te geven.”

De minister moet voor haar plannen wel nog een meerderheid krijgen. De Tweede Kamer stemde vorig jaar nog met een grote meerderheid voor de plannen om de huren juist binnen de perken te houden.

Door Haluk