In aanloop naar de 44ste editie van de marathon van Rotterdam wordt het woord ‘parcoursrecord’ regelmatig in de mond genomen. Bij zowel de mannen als de vrouwen is dat zondag het richtpunt.
Oud-marathonloper Michel Butter hoopt vooral op een nieuw record bij de vrouwen, dat sinds 2012 op 2.18.56 staat. “Dat record staat al veel te lang. Het is gevestigd in een tijd dat we nog niet de carbonschoen, de snelle schoen, hadden.”
Het record van de mannen staat op 2.03.36, gelopen in 2021 door de Belg Bashir Abdi, die zich heeft afgemeld vanwege een blessure.
Afhankelijk van veel factoren
Maar of er ook echt records gebroken gaan worden, heeft met veel factoren te maken, zo weet Butter. “Namelijk het parcours, het deelnemersveld en de weersomstandigheden.”
Te beginnen met het parcours. “Dat moet snel genoeg zijn”, vertelt Butter. De organisatie besloot voor deze editie een bocht van 180 graden, die tussen de dertien en vijftien kilometer lag, eruit te halen, waardoor er snellere tijden mogelijk zijn.
“Bij elke wat scherpere bocht verlies je snelheid, dat kost kracht. Zo’n lus van 180 graden kan zomaar vijf tot tien seconden schelen. Je moet de bocht maken, afremmen en weer opstarten. Het liefst heb je dus zo veel mogelijke brede wegen en zo min mogelijk bochten op een marathonparcours.”
Racedirecteur Marc Corstjens laat weten dat het keerpunt al langer een doorn in het oog was. “Je staat eigenlijk stil, moet weer optrekken, je cadans weer vinden. Dat is dus tijdsverlies. Ik had beloofd aan de topatleten het parcours sneller te maken.”
Niet te warm
Maar, om alleen om die reden te zeggen dat het parcoursrecord eraan zal gaan, vindt Butter te kort door de bocht. Ook de weersomstandigheden spelen een belangrijke rol. “Het mag niet te warm zijn. Anders loopt je kerntemperatuur op. Dan is je lichaam vooral bezig met afkoelen in plaats van goed voortbewegen.”
Vijftien graden is de maximale temperatuur voor fijne omstandigheden, volgens Butter. “Maar liever nog iets meer richting de tien graden.” De voorspelling nu is dat het tussen de dertien en zestien graden zal worden. “Dertien bij de start, zestien bij de finish. Voordeel daarbij is dat de zon zich waarschijnlijk niet laat zien, dat maakt het wat aangenamer. Het is niet ideaal, maar nog wel oké.”
“Verder is de factor wind ook belangrijk”, aldus Butter. “En die voorspelling gaat naar windkracht vier en soms harde windstoten. De wind gaat het laatste deel tegen staan, ergens vanaf 34 kilometer als ze in de slotfase van de marathon komen.”
Sterk en compact deelnemersveld
En het deelnemersveld is ook niet onbelangrijk. “Dat moet sterk en compact genoeg zijn”, legt Butter uit. “Bij de vrouwen staan er een aantal atleten aan de start met een persoonlijk record van rond de 2.20, 2.21. Ik weet niet of we kunnen verwachten van hen dat ze het nu al doen, maar ik zou wel positief verrast zijn als dat record eraan gaat.”
“Bij de mannen heb je met Geoffrey Kamworor een gerenommeerde naam. Hij heeft twee keer de marathon van New York gewonnen. Ik zou het wel mooi vinden als een New York-winnaar Rotterdam wint.”
Hoewel het in aanloop naar de marathon van Rotterdam vooral over de tijden gaat, draait het ook om de posities, vertelt Butter. “We moeten niet helemaal teleurgesteld zijn als die records niet gebroken worden, omdat de omstandigheden niet goed genoeg zijn. Ik hoop dat, als die tijd niet gehaald gaat worden, dat ze echt gaan racen tegen elkaar in de slotfase. Dat je demarrages en versnellingen gaat zien, dat er nog heel veel gebeurt in de finale.”
“Ideaal zou zijn met een zo groot mogelijke groep op 34 kilometer aan te komen, waar de wind tegen gaat staan. Als ze dan nog steeds afstevenen op een goede tijd, is er meer bereidheid om samen te blijven werken.”
Butter denkt dat de toplopers met als doel het parcoursrecord zullen vertrekken in Rotterdam. “Maar ik verwacht dat het lastig wordt met deze omstandigheden, dus dan hoop ik op een mooie strijd.”