De uitvaart zaterdag van paus Franciscus leidt tot een aanpassing van het officiële gedeelte van Koningsdag. De koninklijke familie is aanwezig bij de feestelijkheden in Doetinchem, maar het bezoek begint een uur later dan gepland, meldt de Rijksvoorlichtingsdienst.
Premier Schoof en minister Veldkamp van Buitenlandse Zaken reizen af naar Rome om de uitvaart van de paus bij te wonen.
Het programma van Koningsdag in Doetinchem begint om 12.00 uur in plaats van om 11.00 uur. Ook de rechtstreekse uitzending bij de NOS begint op het middaguur.
In het verleden was er ook nooit iemand van het koningshuis aanwezig bij uitvaarten van een paus. Wel stuurde de Nederlandse regering vertegenwoordigers.
Paus Franciscus, die lang kampte met een slechte gezondheid, overleed gisteren na een beroerte. Hoewel Franciscus heeft gekozen voor een sobere uitvaart, zullen veel staatshoofden en regeringsleiders zaterdag de uitvaart in Vaticaanstad bijwonen.
Eerdere uitvaarten
Twee jaar geleden ontbrak het koningshuis ook bij de uitvaart van emeritus paus Benedictus XVI. In 2005 hadden sommige katholieken in Nederland kritiek op koningin Beatrix omdat ze niet naar de uitvaart ging van paus Johannes Paulus II, die meer een kwart eeuw paus was geweest. Vrijwel alle andere Europese koningshuizen waren er toen wel.
In 1978 overleden in een paar weken tijd twee pausen (Paulus VI en zijn opvolger Johannes Paulus I). Ook bij deze plechtigheden ontbrak het Nederlandse koningshuis.
De afgelopen jaren zijn de banden tussen het Vaticaan en het koningshuis aangehaald. Koning Willem-Alexander, koningin Máxima en hun drie dochters brachten in 2016 een privébezoek aan de paus. Het koningspaar was drie jaar eerder ook aanwezig bij de inauguratie van Franciscus. In 2017 bracht Nederland voor het eerst een staatsbezoek aan Vaticaanstad.
Dat bezoek verliep volgens het Vaticaan informeel en gezellig:
Paus Franciscus was een Argentijn, net als koningin Máxima. Bovendien is de koningin rooms-katholiek, in tegenstelling tot de protestantse Willem-Alexander. De koning noemde in 2015 zijn religieuze overtuiging een privézaak, omdat er sinds 1815 niets meer in de Grondwet staat over de godsdienst van het staatshoofd.