Bij het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) zijn het afgelopen jaar meer meldingen van antisemitisme binnengekomen. In totaal kwamen er 1700 meldingen binnen, waarvan 421 als antisemitisch incident werden geregistreerd.
“Een stijging van 11 procent ten opzichte van 2023, dat al als historisch hoog werd aangemerkt”, valt te lezen in het rapport Monitor Antisemitische Incidenten, het jaarlijkse rapport waarin de pro-Israëlische organisatie deze cijfers bijhoudt.
Met antisemitisme doelt het CIDI op uitingen die beledigend zijn voor Joden als bevolkingsgroep. Kritiek op Israël valt daar niet onder.
Uit het rapport blijkt dat de oorlog tussen Israël en Hamas duidelijk invloed heeft op de toename van incidenten. In het jaar voor 7 oktober 2023 registreerde het CIDI 197 incidenten. In het jaar daarna liep dat dus flink op.
Vooral in de openbare ruimte zag het CIDI antisemitisme toenemen: 102 incidenten werden daar geregistreerd, tegenover 69 in 2023. Mensen die herkenbaar als Joods over straat gingen, die een keppel of ketting met davidster droegen, kregen volgens de monitor vaker te maken met scheldpartijen, bedreigingen en intimidatie. Zo kreeg de organisatie een melding binnen van een Joodse vrouw die na een dienst in de synagoge naar haar auto liep: “Ze hadden mij blijkbaar uit de synagoge zien komen en scholden mij uit voor ‘kankerjood’ en scheurden daarna weg.”
Ook het vandalisme nam toe. In 2023 registreerde het CIDI 34 incidenten, afgelopen jaar 49. Er werden bijvoorbeeld mezoeza’s, kokers met een stukje perkament, met geweld van deurposten gehaald. Ook werden begraafplaatsen en monumenten beklad.
Dieptepunt
Het CIDI noemt de nacht van 7 november 2024 een “dieptepunt van antisemitisme”. Die nacht werden na de voetbalwedstrijd tussen Ajax en Maccabi Tel Aviv Israëliërs op verschillende plekken in de stad opgejaagd, aangevallen en mishandeld door groepjes relschoppers. De politie heeft 122 verdachten in beeld voor het plegen van strafbare feiten rondom de wedstrijd, overigens ook Israëlische supporters.
Enkele verdachten zijn al veroordeeld, zoals de 26-jarige Rachid O. Hij zat samen met anderen in een appgroep waar informatie over de Israëliërs werd verspreid. Hij is veroordeeld als medepleger van het geweld, waar hij ook toe oproep. Ook werd hij schuldig bevonden aan beroepsbelediging in de app: “Deze kans krijg ik nooit meer om kk joden te slaan”.
Hoewel antisemitische meldingen op sociale media niet zijn meegenomen in het rapport, is er online een zorgwekkende ontwikkeling. “Waar antisemitische reacties in 2023 nog vooral opdoken in berichten over Israël, blijkt in 2024 dat bijna elke verwijzing naar Joodse identiteit of cultuur antisemitische reacties oproept: zelfs onder posts over Joodse feestdagen of Stolpersteine-plaatsingen worden haatdragende reacties gezet”, schrijft het CIDI.
Overheidsbeleid
Om de toename van antisemitisme tegen te gaan, roept het CIDI op tot “krachtig en consistent overheidsbeleid om deze zorgwekkende ontwikkeling een halt toe te roepen”. Volgens de organisatie wordt er nu te vaak ingezet op Holocausteducatie als oplossing. En dat zou zelfs riskant zijn: als Joden alleen maar geassocieerd worden met de Holocaust, kan dat leiden tot vervreemding en stereotypering, aldus het CIDI.
Het CIDI pleit daarom voor het investeren in onderwijs, harde maatregelen tegen antisemitisme op school en online, het stoppen van steun aan instellingen die uitsluiten en strikte vervolging van haatmisdrijven.
In een reactie op het rapport onderstreept Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding Eddo Verdoner dat antisemitisme steeds vaker in het openbaar gebeurt. “De nieuwe cijfers tonen de verharding van onze maatschappij”, zegt hij. Verdoner vindt dat daders zowel in het openbaar als online vaker gepakt moeten worden.
Daarnaast blijft onderwijs belangrijk. “De Holocaust verdient meer aandacht in de klas en we moeten zorgen dat die lessen beter beklijven.”