De kosten die achterafbetaaldienst Klarna in rekening brengt wanneer iemand te laat is met betalen, maken deel uit van het verdienmodel van het bedrijf. Dat is het oordeel van de rechtbank Midden-Nederland.
De rechtbank deed vandaag uitspraak in vijf zaken tegen verschillende achterafbetaaldiensten over de kosten die ze hun klanten berekenen, zoals rente, aanmaningskosten en incassokosten.
In de twee zaken tegen Klarna, een grote speler binnen de markt voor ‘koop nu, betaal later’, is er sprake van een consumentenkrediet (lening), oordeelt de rechter, terwijl dat niet duidelijk werd aangegeven.
Bij het aangaan van een lening moet er worden gewaarschuwd dat geld lenen geld kost. Ook zou er moeten worden gecontroleerd of iemand genoeg verdient om een schuld te kunnen aflossen. Klarna doet dat niet.
Extra kosten vervallen
Omdat Klarna niet aan de voorwaarden voor een krediet heeft voldaan, vervallen de extra kosten die in rekening zijn gebracht. “Dit kan betekenen dat mensen die in het verleden incassokosten hebben betaald aan Klarna dit zouden kunnen terugvorderen”, zegt jurist en schuldenexpert André Moerman. Ook mensen die deze kosten nog moeten betalen, kunnen met deze uitspraak in handen aangeven dat ze niet verplicht zijn dat te doen.
Achteraf betalen is gratis en deze vorm wordt wettelijk ook niet gezien als een consumentenkrediet. Maar als de incassokosten een onderdeel zijn van het verdienmodel van de aanbieder, dan is er sprake van een consumentenkrediet, oordeelde het Hof van Justitie van de Europese Unie al eerder.
Wel belangrijk is dat dit een uitspraak is in een zaak tussen twee partijen, zegt Moerman. “Mensen moeten zich nog niet te snel rijk rekenen.” Er lopen nog andere zaken, zegt hij en het is niet gegarandeerd dat elke rechtbank hier op dezelfde manier naar kijkt.
‘Goed signaal’
De achterafbetaaldiensten verdienen voornamelijk geld met de service die ze aan winkeliers leveren. Winkelketens betalen abonnementskosten om de achterafbetaaldiensten als optie te kunnen aanbieden bij het afrekenen.
Maar de aanbieders van achteraf betalen hebben dus ook inkomsten uit boetes die consumenten moeten betalen als ze hun rekeningen niet op tijd voldoen. Het verschilt per aanbieder om welk aandeel van de inkomsten het gaat.
Dat de rechter nu heeft geoordeeld dat de extra kosten onder het verdienmodel van Klarna vallen, is volgens Moerman een goed signaal naar de ‘koop nu, betaal later’-diensten. “Deze diensten worden vooral veel gebruikt door jongeren en je ziet ook dat ze daardoor in financiële problemen terechtkomen.”
Uiterlijk november volgend jaar moet de Nederlandse wetgeving aangepast zijn, zodat aanbieders van achteraf betalen voldoen aan strengere Europese regels.