Om als starter een woning te kopen, is vaak een aantal dingen nodig: uithoudingsvermogen en geld, zeker in de grote steden. Heb je dat, dan is een huizenzoektocht steeds vaker succesvol, blijkt uit cijfers van het Kadaster.

In januari, februari en maart dit jaar kochten starters 23.000 woningen. Dat is 17 procent meer dan in dezelfde periode vorig jaar. In totaal werden er in Nederland zo’n 51.500 woningen verkocht, waardoor starters goed zijn voor 45 procent van de transacties.

Dat aantal loopt op als je het vergelijkt met het totaal aantal verkochte woningen in Den Haag, Utrecht, Rotterdam en Amsterdam. Daar ging maar liefst 62 procent van alle woningen naar starters. In de grootste gemeenten daarna ging de helft van de woningen naar hen.

Beleggers

De belangrijkste reden dat de starters een voet tussen de deur krijgen is dat er meer aanbod is. Investeerders verkochten met name in grote steden vaak goedkopere woningen, zoals kleinere en eenvoudige appartementen. Dat zijn woningen die starters graag willen hebben.

Dat beleggers vaker woningen van de hand doen, heeft te maken met de Wet betaalbare huur die vorig jaar inging en het verbod op tijdelijke huurcontracten. Inmiddels wil minister Keijzer de verkoop van huurwoningen een halt toeroepen en de wet versoepelen.

Daar stemden de coalitiepartijen mee in. Zo moeten minder woningen onder het puntensysteem gaan vallen en moet de waarde van een huis kunnen worden meegeteld voor de huurprijs. Hoe dat allemaal precies gaat werken, is nog onduidelijk.

‘Klassenmaatschappij’

Goedkoper is overigens relatief: gemiddeld legden de starters 385.000 euro neer voor zo’n woning, zes procent meer dan in het eerste kwartaal van 2024. Een gemiddeld huis kostte vorig kwartaal gemiddeld 470.000 euro. Dat is 9 procent meer dan een jaar eerder.

Of een koopstarter er nu tussen komt, hangt dan ook in toenemende mate samen met hoeveel geld je hebt, zegt hoogleraar huisvestingssystemen Peter Boelhouwer van de TU Delft. “Dat is slecht nieuws voor mensen met een salaris net boven de sociale huurgrens,” zegt hij. Volgens Boelhouwer is er op het gebied van wonen steeds meer sprake van een klassenmaatschappij.

“Die ontwikkeling zie je uit Engeland overwaaien: het fenomeen intergenerationeel woningbezit wordt sterker, dus ouders die in een koopwoning opgroeien, leidt tot kinderen die ook een woning zullen bezitten.”

Geldhulp is nodig

Boelhouwer wijst ook op de heersende krapte. Er is in Nederland een tekort aan ruim 400.000 woningen. “Er zijn dus nog steeds veel meer mensen die zoeken naar een woning, dan dat er beschikbare en vooral betaalbare woningen zijn. En hoewel de jubelton niet meer bestaat, is geldhulp van familie nog vaak aan de orde.”

Volgens Boelhouwer is daarmee de slagingskans voor starters toegenomen, maar vooral als die geld heeft of hulp krijgt van familie, met een gift of familiehypotheek. “Het is de vraag of je daarmee als maatschappij blij moet zijn,” zegt de hoogleraar.

“Op dit moment zien we dat starters de huizenmarkt domineren”, zegt ook een woordvoerder van hypotheekadviseur De Hypotheker. In het eerste kwartaal waren ze goed voor ruim de helft van het aantal hypotheekaanvragen: een groei van 23 procent.

Oudere starters

Starters zijn vooral mensen tot 35 jaar, maar opvallend is dat zij steeds ouder zijn wanneer zij een eerste woning aanschaffen. In 37 procent van de gevallen zijn ze tussen de 35 en 45 jaar oud wanneer ze hun eerste huis kopen.

Volgens De Hypotheker passen de vaker verkochte huurwoningen inderdaad geregeld in het starterssegment, maar komt de starter er nu ook vaker tussen doordat de salarissen zijn gestegen en de hypotheekrente nog altijd lager is dan een jaar geleden, waardoor starters meer kunnen lenen.

Ook is de grens van de Nationale Hypotheek Garantie verhoogd naar 450.000 euro en betalen huizenkopers tot 35 jaar geen overdrachtsbelasting voor de aankoop van een woning van maximaal 525.000 euro.

Toch noemt het Kadaster het opvallend dat het aantal verkochte woningen nog altijd toeneemt. Onzekerheid wat betreft de wereldeconomie en een dalend consumentenvertrouwen doen de woningmarkt normaal gesproken geen goed. “Het wordt dus spannend om te volgen wat dit in de toekomst gaat doen met de huizenprijzen”, zegt expert woningmarkt van het Kadaster Matthieu Zuidema.

Door Haluk