Elke oorlog heeft zijn eerste dode. In Nederland was dat vrijwel zeker de 22-jarige korporaal Piet Touw, die sneuvelde in de vroege ochtend van 10 mei 1940.
De in Groningen geboren Piet Touw is als korporaal ingedeeld bij het Korps Politietroepen dat belast is met het bewaken van strategische objecten. Samen met de korporaals Kooiman en Jongkind moet hij de brug over de Maas bij Roermond beveiligen. Aan de eenheid die onder bevel staat van sergeant De Vries is ook een spoormedewerker toegevoegd. Die moet zorgen voor een veilig verloop van het treinverkeer. De afstand tussen de spoorbrug en de Duitse grens is zo’n zes kilometer. De vijand is dichtbij.
Duitse infiltranten
Een paar weken voor de Duitse invasie heeft Piet nog een brief geschreven aan zijn ouders waarin hij zijn zorgen uit over de gespannen situatie. Hij schrijft: “Neutraliteit schijnt niet meer te bestaan tegenwoordig. Ik geloof niet dat we buiten de oorlog blijven. Ik ben op alles voorbereid.”
De nacht van 9 op 10 mei verloopt onrustig. In de verte klinken ontploffingen omdat langs de wegen naar Roermond met explosieven bomen omver worden gehaald die moeten dienen als versperring. Misschien hoort Piet Touw ook wel de geweerschoten in het centrum van de stad. Daar was een vuurgevecht uitgebroken tussen Nederlandse militairen en Duitse infiltranten die het hadden voorzien op de verkeersbrug over de Maas. Het is de eerste gewapende confrontatie op Nederlands grondgebied.
Sergeant De Vries laat uit voorzorg de hekken bij de spoorbrug sluiten, zodat er geen treinen meer langs kunnen. Niet lang daarna, om 03.07 uur, komt in het donker een groep van zo’n 15 mannen aanlopen over de spoordijk. Ze dragen overalls en hebben een pikhouweel over de schouder. De korporaals manen hen te stoppen en zich te identificeren.
Ongebruikelijke pikhouwelen
De mannen beweren dat ze aan het spoor moeten werken en laten een legitimatiebewijs van de Nederlandse Spoorwegen zien. De spoormedewerker vertrouwt het niet. De pikhouwelen zijn van een ongebruikelijk model en ook ‘locatie 413’ waarnaar ze onderweg zouden zijn komt hem niet bekend voor.
Het blijken Duitse soldaten te zijn die de brug willen overmeesteren. Als duidelijk is dat ze zijn ontmaskerd, openen ze het vuur. Korporaal Piet Touw wordt in zijn borst getroffen en sterft ter plekke.
Piet Touw was de eerste gesneuvelde Nederlandse militair in de Tweede Wereldoorlog:
Erick Munnicks heeft een dikke stapel boeken geschreven over de oorlogsgeschiedenis van Roermond. Van de familie heeft hij wat spullen in bewaring gekregen die herinneren aan Piet Touw. Daaronder ook diens persoonsbewijs. Op de vouw zit een onbestemde bruinige vlek.
Duitse overmacht
“Ik neem aan dat dat opgedroogd bloed is van Piet Touw. Hij is naar alle waarschijnlijkheid het eerste slachtoffer van de Tweede Wereldoorlog in Nederland. Voor hem heeft de oorlog maar een paar uur geduurd, maar dat heeft niks te maken met een gebrek aan moed. Ze hebben gevochten als leeuwen.”
Maar zoals het hele Nederlandse leger werden ook zij geconfronteerd met een grote Duitse overmacht. Toch zijn Piet Touw en zijn strijdmakkers voor een deel in hun missie geslaagd. Ze hebben net lang genoeg weerstand kunnen bieden om ervoor te zorgen dat de spoorbrug kon worden opgeblazen. Een aantal Duitsers is daardoor in de rivier gestort en omgekomen. Bovendien kon een pantsertrein die gereed stond om Nederland binnen te rijden de brug niet over.
Corrie en Trudy zijn nichten van Piet. Corrie heeft nog als baby bij hem op schoot gezeten, Trudy was nog niet geboren. Toch voelen ze zich sterk betrokken bij het lot van hun oom Piet. Ze hebben gezien hoe de familie eronder geleden heeft, zoals hun vader Kees. Maar zeker ook de moeder van Piet. “Als we bij haar gingen logeren, zag je oma vaak zitten met de helm van Piet op schoot”, vertelt Trudy.
Door de jaren heen zijn ze meer te weten gekomen over wat zich op die vroege ochtend van 10 mei 1940 heeft afgespeeld en zijn ze steeds meer onder de indruk geraakt van wat hun oom daar heeft moeten doorstaan. “Wij zijn bevrijd door dappere mannen”, zegt Corrie. “En we zijn er trots op dat hij een van hen was, waardoor wij nu in vrijheid kunnen leven.”