In Venetië opent dit weekend de Architectuurbiënnale, ’s werelds meest toonaangevende tentoonstelling voor architectuur. Het is dé ontmoetingsplek voor architecten, kunstenaars en stedenbouwkundigen, maar dit jaar ook voor ecologen en AI-experts.

In deze tweejaarlijkse gigantische manifestatie kunnen bezoekers twee grote terreinen en andere locaties in Venetië bezoeken die in het teken staan van architectuur. Op een van die locaties staan landenpaviljoens, waar ook Nederland zich presenteert.

Met het thema Intelligens. Natural. Artificial. Collective. heeft de Italiaanse architect en ingenieur Carlo Ratti, dit jaar artistiek directeur van de biënnale, landen gevraagd om met oplossingen te komen voor klimaatadaptatie. Hoe kunnen we onze gebouwen voorbereiden op bijvoorbeeld toenemende droogte en overstromingen?

Drijvende steden

“Duurzaamheid is al een aantal jaren het grote thema in de architectuur; de focus ligt daarbij op de CO2-uitstoot in en door de bouw te verlagen”, zegt Kirsten Hannema, architectuurjournalist voor de Volkskrant. Zij was vorige week al in Venetië bij een persbezichtiging van de tentoonstelling. “Ratti wil een verschuiving maken en de focus steeds meer verleggen naar klimaatadaptatie.”

Denk bijvoorbeeld aan drijvende steden, rivieren en natuur inzetten in de strijd tegen klimaatverandering of innovatieve manieren om hittestress te verminderen. Dit jaar ligt de nadruk op het gebruik van technologie, met name kunstmatige intelligentie.

Subtropische planten

Het Belgische paviljoen is bijvoorbeeld ingericht met 200 subtropische planten. “Met data monitoren de ontwerpers wat de planten nodig hebben en hoe zij het binnenklimaat kunnen aansturen”, zegt Hannema. “Zo stellen ze een alternatief ecologisch aircosysteem voor; de planten koelen de ruimte.”

Dat is een andere benadering dan een atrium, een centrale ruimte in een gebouw. Daar wordt tijdens het ontwerpproces voor gekozen omdat het esthetisch is, maar ook omdat de ruimte helpt bij natuurlijke ventilatie en daardoor de gebouwtemperatuur regelt.

“Wat België doet is dus echt innovatief. En dat is ook wat de hoofdcurator Ratti benadrukt: de biënnale moet een levend laboratorium zijn, waar alles uitgeprobeerd moet worden”, zegt Hannema. De Universiteit van Gent doet al zes maanden onderzoek naar het alternatieve aircosysteem.

Indira van ’t Klooster, directeur van het Amsterdamse architectuurmuseum Arcam, is ook in Venetië voor de opening. “De tweejaarlijkse biënnale is te begrijpen als een internationale architectuurmanifestatie waarin architecten het gesprek met elkaar en de buitenwereld aangaan.”

Wat opvalt is hoe kunstenaars en architecten teruggrijpen op oude kennis en zonder gebruik van nieuw materiaal iets nieuws proberen te maken. Maar ook 3D-printers worden volop ingezet. Zo kwamen architecten van een Amsterdams bureau met een voorstel om tiny houses op daken te zetten, met 3D-geprinte muren.

En in het Deense paviljoen moest de de vloer worden vervangen, omdat die door overstromingen beschadigd was. Het beton werd vermalen en omgevormd tot nieuwe tegels voor een terrazzo vloer, een techniek die dateert uit 1600 voor Christus.

Een oeroude oplossing die heel effectief is, zegt Hannema, omdat je renoveert met wat er aan materiaal aanwezig is.

Paarse bar

In het Nederlandse paviljoen werkte curator Amanda Pinatih samen met ontwerper Gabriel Fontana. Zij presenteren hun ideeën in een variatie op een sportbar. Het is een kleurrijke ruimte met een paarse bar en een enorm tafelvoetbalspel.

“We dachten: welke architecturale vormen zijn er eigenlijk in sport?”, zei Pinatih in het NOS Radio 1 Journaal. “Je hebt natuurlijk een groot stadion, de intieme kleedkamers, maar ook de sports bar. Dat is een plek waar je samen kunt komen en waar je je heel erg thuis kunt voelen.” Tegelijk zagen zij en Fontana ook dat daarbij altijd sprake was van tegenstanders of fans van andere teams.

Zij ontwikkelden daarom een plek waarbij iedereen zich thuis zou kunnen voelen, met een tafelvoetbalspel waar mensen in plaats van tegen elkaar met elkaar spelen. Op schermen zijn spelontwerpen te zien voor manieren waarop sport wordt gebruikt om tot een betere samenwerkingsvorm te komen.

Volgens Hannema is het thema van dit jaar een stuk minder politiek dan twee jaar terug, toen de Ghanees-Schotse Lesley Loko de hoofdcurator was. Ze was de eerste zwarte curator sinds het begin van de biënnale in 1980. lag De nadruk lag op de thema’s dekolonisatie en decarbonisatie. Dit jaar is het paviljoen van Israël wel dicht. En het Russische is alleen geopend als educatieve ruimte voor scholieren.

In totaal doen er zo’n 750 kunstenaars, ontwerpers en architecten mee aan de architectuurtentoonstelling, die nog tot 23 november geopend is. Twee jaar geleden trok het evenement 258.000 bezoekers.

Het terrein wordt volgend jaar weer gebruikt voor de kunstbiënnale, een tweejaarlijks evenement dat nog grootser is opgezet en per editie tussen de 600.000 en 800.000 bezoekers trekt.

Door Haluk