De atletiekwereld maakt zich op voor een nieuw onderdeel. In navolging van de 4×400 meter gaan de sprinters vanaf vandaag bij de World Relays in het Chinese Guangzhou ook aan de slag met een gemengde estafette op de 4×100 meter. Nog meer spektakel is de achterliggende gedachte.
En het biedt nieuwe medaillekansen. De 4×100 meter gemengd is in 2028 bij de Olympische Spelen in Los Angeles een olympisch onderdeel.
“Een interessante discipline”, zegt hoofdcoach Laurent Meuwly, binnen de Atletiekunie de grondlegger van de vele Nederlandse successen de laatste jaren op de 4×400 meter.
Primeur
De World Relays is een mondiaal evenement puur voor estafetteteams. Ploegen kunnen zich daar verzekeren van deelname aan de WK in september in Tokio. Nederland is actief met teams op de 4×100 meter (mannen en vrouwen), de 4×400 meter (mannen) en de 4×100 meter gemengd.
Guangzhou heeft de primeur van het laatste onderdeel. Bij de WK staat de discipline nog niet op het programma.
“We moeten ervaring opdoen”, kijkt Meuwly vooruit. “Zeker voor kleinere atletieklanden zoals Nederland is het een interessante discipline, omdat je slechts twee snelle mannen en twee snelle vrouwen nodig hebt.”
De redenatie van de Zwitser is simpel: twee goede sprinters vinden is gemakkelijker dan vier, die je normaal nodig hebt voor een estafette.
Olympische titel gemengde 4×400 meter
Meuwly heeft de afgelopen jaren in Nederland aan succesvolle estafetteploegen op de 4×400 meter gebouwd. Zowel de mannen als de vrouwen hebben op dat onderdeel de nodige medailles op internationale titeltoernooien binnengehaald.
De ultieme beloning volgde vorig jaar zomer in Frankrijk. Daar zorgden Eugene Omalla, Isaya Klein Ikkink, Lieke KLaver en Femke Bol voor een ongekende sensatie door in de strijd om olympisch goud alle concurrenten achter zich te laten. “Dat is ook zo’n nummer dat echt iets voor de kleinere atletieklanden is”, geeft Meuwly aan.
Overigens doet Nederland in Guangzhou niet mee aan de 4×400 gemengd en de 4×400 meter vrouwen. Beide teams zijn al zo goed als zeker van een startbewijs voor de WK in Tokio.
Voor Guangzhou is de startvolgorde van de 4×100 meter gemengd bepaald op vrouw, vrouw, man en man. Of dat zo blijft, moet blijken. “Na het evenement in China wil de wereldatletiekbond feedback van atleten en coaches over hun ervaringen. Het kan zijn dat de bond andere opstellingen gaan uitproberen”, legt Meuwly uit.
De Zwitserse coach vermoedt dat een jaar voor de Spelen alles wel definitief gestalte heeft gekregen. Interessant worden straks de wissels van man op vrouw of van vrouw op man. Snelheid vormt een belangrijke factor bij de wissels.
Wissels
“Bij de wissel van vrouw op man moet de acceleratie van de man teruggebracht worden. Andersom ligt de snelheid van de man veel hoger dan bij de vrouwen het geval is. De vrouwelijke atlete zal in het wisselvak iets moeten opschuiven”, verduidelijkt Meuwly.
“Gelukkig is de volgorde niet man-vrouw-man-vrouw. Dan moet je heel veel gaan aanpassen bij de wissels. Als het beperkt blijft tot één overgang tussen man en vrouw is het een kwestie van veel trainen.”
Dat er straks bij de Spelen medailles op het nummer te winnen zijn, maakt de nieuwe discipline zeer aantrekkelijk. Ook – of juist – voor landen die niet over een uitgebreid arsenaal aan topsprinters beschikken.
“We hebben in Nederland veel ervaring opgedaan met de gemengde 4×400 meter. Het doel is in Los Angeles met de gemengde sprintploeg in de finale staan en dan proberen zo dicht mogelijk bij de medailles te komen. Maar voor ik een echte mening over dit nieuwe nummer kan vormen, zullen we eerst moeten uitproberen”, zegt Meuwly.
De Nederlandse sprintselecties hebben de afgelopen tijd op sportcentrum Papendal getraind op het nieuwe onderdeel. De twee reserves bij de vrouwen- en mannenploeg op 4×100 gaan in Guangzhou de mixed estafette lopen.
Snelheden
“Bij de mannen weet ik in het wisselvak welke afstand ik moet aanhouden, maar dit is supernieuw. Het wisselen tussen man en vrouw wordt een uitdaging”, weet Elvis Afrifa nu al.
“De coaches kennen de snelheid van Elvis en de snelheid van mij. Daar zullen ze op moeten calculeren”, vermoedt Minke Bisschops, vorig jaar actief in de olympische finale van de 4×100 meter bij de vrouwen (zevende). “Ik denk dat we bij een mix meer kans maken op een medaille. Ik vind het heel vet.”