Amsterdamse basisscholen willen stoppen met het inhuren van externe leerkrachten. Dat heeft de koepel van de scholen, het Breed Bestuurlijk Overleg (BBO), besloten.
Tegenover persbureau ANP zeggen de scholen enkel nog gebruik te willen maken van leerkrachten in vaste dienst, omdat dit beter zou zijn voor de kwaliteit van het onderwijs en er ook geld mee wordt bespaard. Het besluit geldt voor alle openbare, bijzondere en speciale basisscholen in Amsterdam, Weesp, Diemen en Duivendrecht.
De maatregel staat volgens het BBO los van de aanpak van schijnzelfstandigheid door de overheid. “Elke euro die we besparen op externe inhuur, kunnen we steken in de ontwikkeling van ons eigen personeel. Met vaste teams ontstaat meer verbondenheid, kunnen we verantwoordelijkheden eerlijk verdelen en hebben kinderen vaker een vertrouwd gezicht voor de klas”, zegt BBO-bestuurder Arie van Loon tegen ANP.
Lerarentekort
Het inhuren van externe leerkrachten is al jaren een thema in de onderwijswereld. Zo werkt het kabinet aan een wetsvoorstel met daarin onder meer maatregelen voor meer vaste contracten en het beperken van externe inhuur.
Tegelijk worstelen scholen met het vinden van leerkrachten, waardoor ze aangewezen zijn op uitzendkrachten en zzp’ers om de roosters rond te krijgen.
Ook zijn scholen huiverig vaste contracten aan te bieden vanwege de financiële onzekerheid in de onderwijssector. Onderwijsvakbond AOb zei in 2023 al eens dat veel leraren niet anders kunnen dan zzp’er zijn, bijvoorbeeld omdat werkgevers niet flexibel genoeg zijn.
Afgebouwd
In het geval van de Amsterdamse basisscholen gaat het om meer dan 4600 voltijdsbanen aan leerkrachten en ondersteunend personeel. Daarvan is ongeveer 5 tot 10 procent extern ingehuurd, wat neerkomt op zo’n 200 tot 500 banen.
In wijken waar het lerarentekort groter is, ligt het percentage hoger. Die externe leerkrachten hebben volgens het BBO minder binding met de andere leraren en nemen naar verhouding ook minder verantwoordelijkheden op zich.
De inzet van de externe krachten stopt niet meteen, maar wordt afgebouwd, zodat scholen de tijd hebben om te veranderen. Flexibele krachten kunnen in vaste dienst komen. Wel willen de scholen “een flexibele schil voor tijdelijke of onvoorziene situaties” behouden, bijvoorbeeld door de leraren aangepaste contracten te geven.