Burgemeester Halsema van Amsterdam roept het kabinet op om de verwoesting van Gaza en de uithongering van en moord op Palestijnen door Israël te stoppen. Dat zei ze na vragen in de gemeenteraad. Volgens de burgemeester grijpt het lot van de Palestijnen veel Amsterdammers aan: “Het NIOD en vele onafhankelijke mensenrechtenorganisaties spreken niet voor niets van genocidaal geweld. We moeten het politieke meningsverschil achter ons laten”, aldus Halsema.
Ze benadrukte dat er geen dubbele standaard kan zijn als het om mensenrechten gaat: “Dat betekent dat Hamas vervolgd moet worden, dat betekent dat antisemitisme altijd en overal moet worden bestreden. En dat betekent ook dat de internationale gemeenschap, Europa en Nederland zich achter onschuldige Palestijnen en Gazanen moet scharen, die misdadig worden vermoord.”
Praktische daadkracht
Om haar woorden kracht bij te zetten stuurt Halsema morgen een brief naar de regering met de oproep om het geweld te stoppen: “Het Nederlandse kabinet zegt streep in het zand te trekken, maar dat is alleen betekenisvol als het tot praktische daadkracht leidt, als de Israëlische regering tot de orde wordt geroepen en vrede wordt afgedwongen. De verwoesting van Gaza moet stoppen, de uithongering moet stoppen, de moord op Palestijnen moet stoppen.”
Vorige week werd door de gemeenteraad in Utrecht al een motie aangenomen waarin werd gesteld dat het “van groot belang” is om als politiek de juiste woorden te gebruiken. Een meerderheid vond dat de gemeente tot dan toe te terughoudend was geweest in het gebruik van het woord ‘genocide’ met betrekking tot Gaza. Volgens een meerderheid van de partijen in Utrecht is het gebruik van de term genocide in lijn met rapporten van de Verenigde Naties en mensenrechtenorganisaties als Amnesty International.
Volgens burgemeester Halsema komt Amsterdam op voor vrijheid en mensenrechten en heeft de stad een zorgplicht voor de inwoners. Daar hoort deze oproep bij.
Morele verantwoordelijkheid
Gemeenteraden houden zich in principe bezig met lokale politiek, maar soms spreken ze zich ook uit over landelijke politiek. Vooral omdat landelijke besluiten ook directe gevolgen kunnen hebben voor de gemeente. Bijvoorbeeld bij de spreidingswet en het verplicht opvangen van asielzoekers. Of wanneer de landelijke overheid bepaalt hoeveel woningen er in een gemeente moet komen.
“In dit geval heeft de gemeente er niet direct invloed op: zij kunnen het geweld in Gaza niet stoppen. Het is meer een vertaling van wat er leeft”, legt Pieter Jeroense uit. Hij is directeur van de internationale tak van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en deed onderzoek naar de internationalisering van gemeenten.
Toch gebeurt het vaker dat gemeenteraden moties of brieven gebruiken om een signaal af te geven aan de landelijke overheid: “Ze willen ervoor zorgen dat er ook echt iets mee gedaan wordt, het is niet om zich te profileren.”
Volgens Jeroense komt het vooral voor bij grote onderwerpen die in de maatschappij spelen. “Sommige onderwerpen overstijgen het lokale belang. Dat zag je bijvoorbeeld ook in de periode van de apartheid in Zuid-Afrika of tijdens protesten tegen kernwapens in de jaren tachtig. Gemeenten spreken zich dan uit omdat die onderwerpen enorm leven in de maatschappij. Het is ook niet verboden om iets te vinden als gemeente”, aldus Jeroense.