De academische vrijheid in Nederland staat onder druk. Dat stelt de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) in een nieuw rapport. Voor wetenschappers is het steeds moeilijker om zelf te kiezen wat ze onderzoeken en ze ervaren minder vrijheid om zich uit te spreken. Ook waarschuwt de KNAW dat politici intimidatie van wetenschappers aanwakkeren.
“De situatie is zorgelijk”, zegt André Nollkaemper, voorzitter van de commissie van vrije wetenschapsbeoefening bij de KNAW. “Iedereen die bij een universiteit of kennisinstelling werkt moet in vrijheid en zonder belemmeringen van buitenaf onderzoek kunnen doen.”
De KNAW onderzocht de academische vrijheid, omdat de afgelopen jaren uit meerdere rapporten blijkt dat Nederland onder het Europees gemiddelde scoort. In een recent EU-rapport bungelt Nederland onderaan de ranglijst, samen met onder andere Hongarije en Polen. Buurlanden Duitsland en België scoren een stuk beter.
Invloed VS
De beperkingen die de regering-Trump de Amerikaanse wetenschap oplegt, spelen volgens de KNAW ook een rol. In Nederland zijn de gevolgen hiervan te merken. Zo besloot neurowetenschapper Fleur Zeldenrust een aantal termen uit de titel van haar wetenschappelijke artikel te schrappen, waaronder ‘diversity’.
“We hebben zelfcensuur toegepast”, zegt ze in Nieuws en Co op NPO Radio 1. In de VS zijn onderzoeken stopgezet waarin termen over diversiteit, gelijkheid en inclusie werden gebruikt. “Maar bij ons gaat diversity om de diversiteit van elektrische eigenschappen van hersencellen”, zegt Zeldenrust. “Omdat we bang waren dat ons onderzoek niet gepubliceerd zou worden, besloten we het woord aan te passen.”
Zeldenrust kreeg hierop kritiek van collega’s, maar ze zegt dat er inhoudelijk niets is aangepast. “Daarnaast moet ik ook rekening houden met mijn Amerikaanse collega in deze studie, die wil ik niet in problemen brengen.”
Volgens de KNAW moeten binnen Nederland zaken veranderen om wetenschappers meer vrijheid te geven. Zo zou de manier waarop onderzoek gefinancierd wordt te sturend zijn. “Er komt meer geld voor bepaald type onderzoek dat op korte termijn belangrijk is”, zegt Nollkaemper. “We zijn niet tegen financiële prikkels, maar onderwerpen die op langere termijn resultaat opleveren voor de samenleving blijven liggen. Onderzoekers moeten ook vanuit eigen nieuwsgierigheid onderzoek kunnen doen.”
De KNAW doet daarom een oproep aan de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en andere wetenschapsfinanciers. Die zouden een betere balans moeten vinden en meer geld investeren in ‘ongebonden onderzoek’.
NWO laat in een reactie aan de NOS weten zich “al jaren in te zetten voor de juiste balans tussen de middelen voor ongebonden onderzoek en voor thematische programma’s; de verhouding is al jaren ongeveer fiftyfifty.”
Door toenemende (online) intimidatie durven wetenschappers zich minder uit te spreken, aldus de KNAW. “Dat is zorgelijk. Het delen van bevindingen met de maatschappij is juist zo belangrijk”, stelt Nollkaemper. “Wetenschappers hebben zelf ook een rol. Zeker rondom controversiële onderwerpen is het debat, aan beide kanten, heel verhit. Dat leidt tot een sfeer van onvrijheid op de campus.”
Volgens de KNAW heeft ook de politiek invloed. Die zou zich steeds directer bemoeien met de wetenschap. “Dat is deels door de manier waarop politici over de wetenschap spreken, dat wakkert intimidatie aan”, aldus Nollkaemper.
Daarnaast zouden de plannen voor screeningswetgeving de samenwerking met internationale wetenschappers moeilijker maken. De KNAW heeft zorgen dat de screening van buitenlandse wetenschappers “weinig fijnmazig en onuitvoerbaar is”, waardoor Nederland kennis misloopt.
Grondwet
Om de vrijheid van wetenschappers te waarborgen, wil de KNAW bekijken hoe deze juridisch beter wordt beschermd. Bijvoorbeeld door die vrijheid op te nemen in de Grondwet. “Wetenschap is een cruciale factor voor de kennis over belangrijke maatschappelijke onderwerpen”, zegt Nollkaemper. “We moeten echt aan de bak.”