Omroep AVROTROS en de NPO willen in gesprek met de organisatie van het Eurovisie Songfestival over de geloofwaardigheid van het a-politieke karakter dat het liedjesfestijn volgens hen moet hebben. De deelname van Israël aan het Songfestival speelt daarin een hoofdrol.
In een verklaring zeggen AVROTROS en NPO “sterk te hechten” aan “de a-politieke en verbindende waarde van het Eurovisie Songfestival”. Volgens de twee wordt het evenement in toenemende mate beïnvloed door maatschappelijke en geopolitieke spanningen.
“De deelname van Israël confronteert ons met de vraag in hoeverre het Songfestival nog werkelijk functioneert als een a-politiek, verbindend en cultureel evenement. We willen die vraag, samen met andere landen, bespreekbaar maken binnen de EBU”, zeggen ze. De EBU is het samenwerkingsverband van Europese publieke omroepen dat het Songfestival georganiseert.
Gisteren riep de Spaanse premier Sánchez op Israël uit te sluiten van deelname vanwege de oorlog in Gaza. Hij trok daarbij de vergelijking met Rusland, dat ook niet meer mag meedoen sinds de invasie in Oekraïne in 2022.
Stemprocedure
De Spaanse omroep RTVE heeft ook een onderzoek naar de publieksstemmen gevraagd. Dat had alles te maken met het uitzonderlijk hoge aantal publieksstemmen (297) dat Israël via televoting kreeg. Kijkers uit dertien landen, waaronder Nederland en ook Spanje, gaven Israël de maximale score van twaalf punten. Na de stemmingen van de jury stond Israël veertiende, met zestig punten. Na de televoting eindigde het uiteindelijk achter winnaar Oostenrijk op de tweede plek.
Organisator EBU zei in een reactie dat “de stemprocedure voor het Songfestival de meest geavanceerde ter wereld is” en dat de resultaten van elk land worden gecontroleerd en geverifieerd “door een enorm team van mensen om verdachte of onregelmatige stempatronen uit te sluiten”. Mensen mogen in totaal twintig keer hun stem uitbrengen.