Het was even wennen de afgelopen dagen. Na een lange, zonnige periode zonder regen sloeg het weer om. Met het verergeren van de droogte in Nederland, en in onze buurlanden, was een beetje water heel erg welkom. Vanuit dat perspectief bekeken is het goed nieuws dat het komende week wisselvallig blijft.
Voor wie nu de moed in de schoenen zinkt: het wordt zeker geen verregende week zoals we in de herfstmaanden ook weleens meemaken. Toch moet je elke dag bedacht zijn op een paar buien.
Wisselvallige week
Maandag ontstaan buien vooral in het binnenland en blijft het aan zee vaak droog. Er zijn stapelwolken waar de zon tussendoor schijnt. Dinsdag zijn er zowel in de ochtend als avond een paar kletsnatte uren.
Woensdag zijn er veel buien en regent het kort en krachtig. Ook donderdag regent het een tijd. Pas vrijdag en zaterdag wordt het vaker droog.
In de zomer zorgt een hevige regenbui er soms voor dat het water niet goed de grond in zakt en snel wegstroomt. Gelukkig is er de afgelopen dagen al een klein beetje regen gevallen. Hierdoor is de bovenste laag van de bodem minder hard en uitgedroogd.
Vergelijk het met een spons die al lang op het aanrecht ligt. Onder een stromende kraan duurt het even voordat het water volledig wordt opgenomen. Dit gaat een stuk gemakkelijker als de spons al een beetje vochtig is.
Problemen door droogte verholpen?
Met al die nattigheid in het vooruitzicht komt snel de vraag: is de droogte verdwenen? Om de droogte bij te houden berekent het KNMI het neerslagtekort. Dat is het verschil tussen de regen die valt en het water dat planten verdampen om te kunnen groeien. Eerder deze maand was het neerslagtekort zelfs groter geworden dan in het recordjaar 1976.
Het tekort wordt zeker kleiner door het wisselvallige weer, maar het duurt langer om het grondwater en alle beekjes en riviertjes die soms zelfs bijna zijn drooggevallen op peil te krijgen. Voorlopig zijn het dus druppels op een gloeiende plaat.