De presentatie van een nieuwe trainer is weleens sprankelender verlopen dan die van Dick Schreuder bij NEC.
Vraag vanuit de perszaal: is het belangrijk voor een nieuwe trainer dat bij NEC de laatste jaren niet meer zo de waan van de dag heerst? Antwoord Schreuder: “Natuurlijk is dat belangrijk.”
Vraag: waarom wilde je eigenlijk terugkeren naar Nederland? Schreuder: “Omdat NEC mij een goede optie gaf.”
Vraag: je bent een maand geleden officieel aangesteld. Wat zijn je eerste bevindingen? Schreuder: “Heel prettig.”
Vraag: waar sta je voor als trainer? Schreuder: “Lekker normaal doen.”
Verschil van inzicht
De hernieuwde kennismaking tussen de Nederlandse media en de 53-jarige in Barneveld geboren trainer, na anderhalf seizoen bij Castellón op het derde Spaanse niveau te hebben gewerkt, verloopt af en toe wat stroef.
Wat later, aan de rand van het veld in het Goffertstadion, met een dikke jas aan, lijkt hij voor de microfoon één-op-één wat losser. Dat de Spaanse zon is verruild voor het op dit moment ietwat kille, grijze Nederland, doet Schreuder weinig.
Spanje was leerzaam, ondanks zijn ontslag halverwege het tweede seizoen. “Ik kijk er erg prettig op terug, heb daar achttien maanden goed gewerkt. Soms ga je uit elkaar door een verschil van inzicht, in dit geval tussen mij en de clubeigenaar. De reden ga ik niet vertellen, maar het is op een goede manier gegaan.”
“Prettig”, noemt hij zijn terugkeer naar Nederland, waar hij eerder PEC Zwolle naar de eredivisie loodste. “NEC is een mooie club. Ik volg het voetbal in de eredivisie, het lijkt me een enorme uitdaging. Ik ben gewoon blij om hier weer te zijn.”
Dat Schreuder niet de enige kandidaat was om Rogier Meijer op te volgen, NEC club sprak bijvoorbeeld ook met Mark van Bommel, maakt hem niet uit. “Het is heel normaal tegenwoordig dat je als club met meerdere kandidaten praat. Als trainer denk je toch ook na over wat voor jou de beste keuze is voor je toekomst.”
Technisch directeur Carlos Aalbers en algemeen directeur Wilco van Schaik togen naar Spanje, klikten – in de woorden van Aalbers – samen met Schreuder de laptops open en constateerden dat er een wederzijdse klik was.
Schreuder, die voor drie jaar in Nijmegen tekende: “Voor mij is belangrijk dat de gesprekken tussen ons zijn gebleven. Het is uiterst discreet verlopen. Ik stond ervoor open, maar wilde goed nadenken over wat voor mij de juiste stap zou zijn.”
Tijdens het gesprek met de pers zegt Aalbers dat Schreuder goed past in de ambities van de club. Onder Meijer eindigde NEC de afgelopen twee seizoenen als zesde en achtste, haalde tweemaal de play-offs om Europees voetbal en stond in de bekerfinale.
Jonge spelers ontwikkelen
De volgende stap is volgens Aalbers “weer een keer Europa in, met aantrekkelijk voetbal, waarbij de ontwikkeling van spelers voorop staat.”
Schreuder: “De club wil jonge spelers aantrekken, ontwikkelen en hier op het veld krijgen. Ik herken me daarin, het is iets dat ik ook graag zou willen. Maar we zullen het gaan zien de komende jaren.”
En wat is daarbij zijn aanpak? Waar staat de trainer Dick Schreuder voor? “De een wil op een verdedigende manier de wedstrijd proberen te winnen, de ander op een aanvallende manier. Je wordt als trainer tegenwoordig zo snel in een hoekje gedrukt. Ik ben wat meer voor de aanvallende manier. Maar daar hoort ook verdedigen bij.”
Op de vraag of hij met zijn speelwijze het Nijmeegse publiek gaat vermaken, antwoordt Schreuder: “Dat gaan we proberen. Maar uiteindelijk moeten we samen gaan winnen. Dat is het belangrijkste.”