De ultieme droom van Jenning de Boo is duidelijk. De sprinter op de schaats wil volgend jaar in Milaan olympisch kampioen worden. Maar voordat hij weer het ijs opstapt om aan het olympische seizoen te beginnen, dook hij donderdag en vrijdag plots op bij de NK inline skaten in Rijssen.
“Een stukje nostalgie en heel veel plezier”, bracht De Boo naar de NK, waar hij op de 200 en 500 meter aan de start stond.
Op de 500 meter, waar hij in de halve finales werd uitgeschakeld, reden vier man tegelijk in de baan. Een risico in de zomer voor de Spelen? “Ja, ik kan vallen, maar dat kan ook op de fiets gebeuren. Ik denk dat het risico hier wel iets groter is, maar ik hou wel van risico nemen.”
De Boo werd afgelopen schaatsseizoen zowel wereld- als Europees kampioen op de 500 meter en pakte WK-zilver op de 1.000 meter. Ook dook hij als eerste Nederlander ooit onder de 35 seconden op de 500 meter. Een zeer succesvol seizoen, waar hij dan ook met trots op terugkijkt. “Ik heb genoeg tijd voor reflectie gehad, het is allemaal inmiddels wel geland nu.”
‘Doe niet te gek’
Zijn coach Gerard van Velde wilde vlak voordat De Boo zijn skeelers onderbond zijn 21-jarige pupil nog wel even toespreken. “Hij belde en zei: denk wel na bij wat je doet. Doe niet te gek, neem geen onnodige risico’s.”
Met die woorden in zijn achterhoofd stond hij dan ook aan de start. “Racen met het koppie”, lachte een ontspannen ogende De Boo voorafgaand aan de 500 meter. “Maar als ik in de wedstrijd zit, gaat het denken wel een beetje uit en wordt het doen.”
De Boo nam tijdens zijn halvefinalerace van de 500 meter de woorden van zijn coach ter harte. “Ik durf net wat minder hard door de bochten dan de skeeleraars achter me. De topsporter in mij baalt een beetje.”
Toch kwam hij met een glimlach van de baan. “Dit vind ik puur genieten. Ik ben hier voor mijn plezier en ik vond het een leuke race. Dan kan ik gewoon lachen.”
Na het korte uitstapje naar de skeelerbaan, wat hem wel zilver opleverde op de 200 meter, stapt De Boo dit weekend “weer gewoon op de fiets”, zoals het schema van Van Velde hem opdraagt. En begin juli hoopt hij weer voor het eerst op het ijs te staan, omdat er al vroeg zomerijs ligt in de Heerenveense ijstempel Thialf.
Maar pin hem niet vast op een exacte datum. “De planning van Jenning is niet altijd tiptop. Ik volg het schema van Gerard blindelings en hoop dat hij me zo goed mogelijk op de Spelen kan afleveren.”
Eerste OKT
Dat schema moet De Boo eerst nog door het olympisch kwalificatietoernooi (OKT) van eind december loodsen, waar hij zich moet zien te plaatsen voor de Spelen. “Het wordt mijn eerste OKT. Ik hoor van veel mensen om me heen dat het zenuwslopend is. Dat is iets waar ik niet naar uitkijk.”
Dus tot het zover is, probeert hij het zo veel mogelijk van zich af te zetten en er nog niet te veel mee bezig te zijn. “En dan uiteindelijk op het OT wel kneiterhard rijden.”