Negen op de tien Nederlanders staan komende zondag 4 mei op de een of andere manier stil bij Dodenherdenking. Verreweg de meesten van hen (85 procent) doen mee aan de twee minuten stilte om 20.00 uur, blijkt uit het jaarlijkse Vrijheidsonderzoek van het Comité 4 en 5 Mei.
De beweegredenen van de 10 procent die de Nationale Herdenking langs zich heen laat gaan zijn divers. Dit jaar is voor het eerst in het onderzoek ook de stelling opgenomen dat “herdenken betekenisloos is als vandaag de dag nog steeds oorlogen plaatsvinden”. Ruim de helft (54 procent) van de ‘niet-herdenkers’ blijkt het daarmee eens.
De stelling is onder andere actueel omdat er zondag in Den Haag een alternatieve herdenking wordt gehouden, waarin behalve aan de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust ook aandacht wordt besteed aan de Palestijnse slachtoffers in Gaza. De organisatoren verwachten daar zo’n 500 deelnemers.
De huidige herdenking op de Dam “schuurt”, vindt Tessa Terpstra, een van de organisatoren. “Voor ons is herdenken lessen trekken uit het verleden en stilstaan bij het huidige leed. Daar is te weinig ruimte voor op de Dam. De vertegenwoordigers daar zeggen ‘nooit meer’, maar negeren daarbij dat er al anderhalf jaar een genocide is in Gaza.”
Het Comité 4 en 5 Mei, organisator van de dodenherdenking op de Dam en de viering van Bevrijdingsdag, zegt in het algemeen “de roep om aandacht voor slachtoffers van conflicten wereldwijd” te begrijpen. “Wij vinden het belangrijk om aandacht te hebben voor oorlog en (on)vrijheid vandaag de dag”, laat een woordvoerder weten.
Maar, voegt zij er aan toe, de Nationale Herdenking op 4 mei is niet het moment om hierbij stil te staan. “Het is een Nationale Herdenking, waarin Nederlandse slachtoffers van oorlogsgeweld en onderdrukking centraal staan.”
“Dan herdenken we de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog in Europa en in Zuidoost-Azië. Sinds 1961 doen we dat ook met de slachtoffers van oorlogssituaties en vredesoperaties waarbij Nederland betrokken was na de Tweede Wereldoorlog. “
Uit het onderzoek van het Comité 4 en 5 Mei onder 1200 Nederlanders blijkt echter dat de meeste herdenkers het breed zien. Op de vraag “Wie herdenkt u op 4 mei?” vormen de Nederlandse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog het meest gegeven antwoord. Maar 56 procent noemt ook “alle slachtoffers uit de hele wereld van alle oorlogen”.
Overwegingen die te maken hebben met de actuele angst voor oorlog zijn bij het herdenken steeds belangrijker geworden, valt het comité op. Acht op de tien herdenken onder meer om uit te dragen dat men nooit meer oorlog wil, 64 procent doet dit (ook) uit angst dat zoiets weer kan gebeuren, 56 procent vindt het belangrijk vanwege de Oekraïne-oorlog en 57 procent noemt de oorlog in het Midden-Oosten.
Zelf vervolgd
Nieuw dit jaar in het Bevrijdingsonderzoek is dat er extra vragen zijn voorgelegd aan zo’n 150 mensen die zelf te maken hebben gehad met vervolging tijdens de Tweede Wereldoorlog of die familieleden hebben bij wie dat het geval was.
Zij mochten onder meer laten weten of zij het een goede zaak zouden vinden als op 4 mei ook de slachtoffers van huidige oorlogen en geweld wereldwijd zouden worden herdacht. Wat blijkt: 52 procent van deze specifieke groep is het daarmee eens, 18 procent niet, 30 procent is neutraal.