Onderzoekers hebben in Australië gefossiliseerde pootafdrukken gevonden van de zover bekend oudste reptielachtige ooit. De wetenschappers schatten de afdrukken op zo’n 355 miljoen jaar oud, waarmee dergelijke landdieren 35 miljoen jaar eerder rondliepen op aarde dan werd gedacht.

Volgens de wetenschappers werpt hun vondst, die gisteren werd gepubliceerd in het wetenschappelijke vakblad Nature, een nieuw licht op de evolutie van landdieren. Die evolutie zou sneller zijn gegaan dan eerder werd aangenomen.

Het gaat om in totaal zeventien pootafdrukken op een zandstenen rots van een halve meter, die zijn achtergelaten door een hagedisachtig dier die op dat moment waarschijnlijk in de modder van een rivieroever liep. De afdrukken meten tussen de 3 en 4 centimeter en het dier was naar schatting tussen de 60 en 80 centimeter lang.

Dat blijft alleen giswerk, zo benadrukken de onderzoekers, want er zijn verder geen afdrukken van een staart of lijf gevonden. Ook zijn er geen gefossiliseerde delen van het lijf van het dier aangetroffen.

De onderzoekers stellen zich de hagedisachtige zo voor:

De afdrukken werden gevonden in een plaats ten noordoosten van Melbourne, in deelstaat Victoria. De vondst is bijzonder, omdat de afdrukken aanzienlijk ouder zijn dan de voorheen oudste afdrukken van een reptiel: 320 miljoen jaar, aangetroffen in Canada.

Het suggereert volgens paleontologen van de universiteit van het Zweedse Uppsala die het onderzoek uitvoerden dat dieren vroeger enkel en alleen op land leefden dan werd vermoed.

Zo’n 400 miljoen jaar geleden verlieten de eerste gewervelde dieren de zee. Dat waren amfibie-achtigen, die voor hun voortplanting afhankelijk bleven van water. Maar de pootafdrukken van de reptielen geven blijk van klauwen, en enkel dieren die alleen op land leven ontwikkelden klauwen en harde nagels.

Klauwafdrukken

“Het is verbazingwekkend dat een rotsplaat, zo klein dat één persoon hem kan optillen, alles wat we dachten te weten over het ontstaan van moderne viervoeters in twijfel trekt”, zegt paleontoloog en onderzoeksleider Per Ahlberg in een persbericht.

Zijn collega-paleontoloog Grzergorz Niedzwiedzki was naar eigen zeggen “zeer verrast” toen hij de rots aantrof. “Al na een paar seconden zag ik dat er duidelijk bewaarde klauwsporen op zaten.”

Volgens Ahlberg kan zijn onderzoek leiden tot meer nieuwe inzichten in een tijdperk “waarin we voorheen dachten dat enkel primitieve, vierpotige vissen zich langs de kust aan het voortslepen waren, en net begonnen waren om het land te verkennen”.

Ahlberg legt uit dat het huidige Australië 355 miljoen jaar geleden deel uitmaakte van Gondwana, en van dat supercontinent is vooral nog veel onbekend. “Wie weet welke andere dieren daar nog geleefd hebben? De interessantste ontdekkingen moeten nog komen.”

Door Haluk